Technische details over de ICD

ICD

Hoe ziet een ICD eruit ?

Het is een klein toestel (5 x 5 x 1 cm) dat ongeveer 85 gram weegt. Het bevat microelectronica, een batterij en een condensator. Het omhulsel bestaat uit titanium, een lichaamsvriendelijk materiaal. In de defibrillator zijn er openingen om één of meerdere draden vast te schroeven die via een holleader tot in het hart worden ingebracht.

DAI

De ICD wordt onderhuids geplaatst, meestal ter hoogte van de borststreek onder het linkersleutelbeen. Soms wordt de ICD onder het rechter sleutelbeen geplaatst bij linkshandige mensen of in de buikwand voor cosmetische reden. De operatie is weinig belastend voor de hartpatiënt omdat lichte narcose voldoende is. Meestal kan men het ziekenhuis al na 3 dagen verlaten.

De batterij bevat niet hernieuwbare energie en wordt vervangen als de batterijspanning afneemt, zo om de 5 à 6 jaar, afhankelijk van het type ICD en het batterijverbruik. Gezien de draden ter plaatse blijven is een batterijvervanging een kleine ingreep. Als men pieptonen hoort kan dit wijzen op batterijuitputting en dient men contact op te nemen met de cardioloog.

Wat voelt men bij ritmestoornissen van de lagere hartkamers en wat als de defibrillator in werking treedt ?

Als het hart verzwakt is voelt men niet altijd hartkloppingen tijdens een ritmestoornis. Als er bloeddrukdaling optreedt kan men duizelig of bewusteloos worden. Afhankelijk van de programmatie, poogt de ICD eerst de kamertachycardie te stoppen met pijnloze laag energie-prikkels. Als de ritmestoornis niet stopt of daarentegen versnelt, dan geeft de ICD een hoog energieschok. Bij een hartstilstand door kamerfibrillatie geeft het toestel al binnen de 15 seconden een eerste hoog energie-schok.

Als de eerste schok de kamerfibrillatie niet onderbreekt, kan het toestel nog verschillende extra schokken geven. Men voelt de hoogenergie-schok als een pijnlijke klap op de borst (de gevoelde pijn is als 6/10 op een pijnschaal van 10 waarbij 0 geen pijn en 10 heel intense pijn betekent). Anderzijds is men met een ICD niet meer in levensgevaar tijdens een ritmestoornis en dit is een enorme geruststelling.

Als men een schok voelt is het normaal dat men opschrikt en een erge spanning voelt, het is dan belangrijk om vooraf aangeleerde relaxatieoefeningen toe te passen: men kan best neerzitten, de ogen sluiten en zich concentreren op de ademhaling zodat de spanning verdwijnt. Als men zich na een schok goed voelt, dan heeft men tijd om een afspraak te nemen voor een controle bij de cardioloog. Op de raadpleging kan de cardioloog het geheugen van de ICD uitlezen om te zien of de schok terecht was. Indien men kort na de eerste schok evenwel een tweede schok ondervindt of als men pijn op de borst voelt, kortademig of duizelig blijft, dan dient men de deur van de woning te openen en onmiddellijk de hulpdiensten te (laten) bellen voor een spoedopname in het ziekenhuis.

Waartoe dienen de ICD controles ?

De ICD werkt zelfstandig maar de cardioloog kan het toestel afstellen en gegevens opvragen met een programmator. Eventueel opgetreden hartritmestoornissen en hun behandeling, de goede werking van de draden, eventuele stoorsignalen en de invloed van geneesmiddelen worden nagekeken. Als de batterijspanning afneemt is een vervanging aangewezen.

Na de operatie en tijdens de controles op de raadpleging bepaalt de individuele toestand van de patiënt hoe de cardioloog de ICD afstelt, steeds met het oog op maximaal comfort en veiligheid.

Men krijgt ook een kaartje met het merk van de ICD, het serienummer, de naam van de cardioloog en het ziekenhuis. Dit kaartje dient men steeds op zak te hebben zodat omstanders bij bewusteloosheid weten dat men een ICD drager is en er zo nodig steeds contact kan worden opgenomen met het ziekenhuis.